Diefstal

Bij diefstal uit een kerkgebouw gaat het vaak om meer dan het financiële verlies alleen. Door de inbraak kan schade ontstaan aan het kerkgebouw; de monumentale waarde kan er zelfs door worden aangetast. Diefstal van een liturgisch object of kunstwerk kan ook veel emoties oproepen.

De eerste stap om schade door diefstal te voorkomen: weet wat u in huis heeft en sluit een passende verzekering af. Schakel een taxateur in.

Vandalisme

Bij vandalisme wordt opzettelijk schade toegebracht aan het kerkgebouw, aan het terrein, of aan wat zich in het kerkgebouw bevindt.

Al is het zeker geen vandalisme, schade kan ook ontstaan door verkeerd onderhoud. Bijvoorbeeld door schoonmaak met een middel dat het oppervlak aantast.

Diefstal en vandalisme voorkomen

Naast structurele maatregelen zoals een inbraakalarm helpen dagelijkse routines om alert te blijven op dieven en vandalen.

Check:

• Houd het sleutelbeheer in de gaten (zie hieronder)
• Maak altijd een inspectierondje bij het sluiten van het kerkgebouw (kijk bij: een gastvrij kerkgebouw)
• Zorg dat er altijd toezicht is als het kerkgebouw open is
• Neem met alle medewerkers door hoe ze het beste kunnen reageren als zij iets verdachts zien
• Onderhoud goede relaties met de omwonenden. Goede buren houden bij elkaar een oogje in het zeil. Uw buren kunnen dan beter inschatten welke situaties verdacht zijn
• Houd het terrein en de openbare grond om het kerkgebouw opgeruimd

Sleutelplan

Een sleutelplan helpt u toezicht te houden op wie toegang heeft tot het kerkgebouw. Hoewel het protocol soms tot ongemakkelijke situaties kan leiden, zoals mensen die voor een dichte deur staan, is het belangrijk om niet te snel uitzonderingen te maken op de regels. Het succes van een sleutelplan staat of valt immers met overzicht. Komen dezelfde knelpunten steeds terug, zoek dan naar een praktische oplossing en paas het protocol hierop aan. Maar onthoud: hoe simpeler de regels, hoe makkelijker het overzicht blijft.

Check:

• Welke deuren geven allemaal toegang tot het kerkgebouw? Spreek af welke deur in principe dient te worden gebruikt, en houd de andere deuren gesloten
• Welke nevenruimten en kasten kunnen/moeten op slot?
• Hoe zit het met de bijgebouwen?
• Welke mensen hebben toegang nodig tot het kerkgebouw, de nevenruimten, de kasten…? Denk aan: medewerkers, huurders, gebruikers, nooddiensten
• Is er een huishoudelijk reglement met alle afspraken?
  • Wie krijgt een sleutel, en wie krijgt de bijbehorende reservesleutel?
  • Waar worden de sleutels bewaard? In het kerkgebouw, kantoor, thuis…
  • Wie is verantwoordelijk voor het uitgeven/aannemen van sleutels?
• Is er een administratie waarin het sleutelbeheer wordt bijgehouden? Met bewijsjes van uitgifte/ontvangst?
• Wordt bijgehouden wat de knelpunten zijn bij het sleutelbeleid?
• Is er altijd gegarandeerd toegang tot het kerkgebouw mogelijk?

Fraude en oplichting

Twijfelt u over een factuur van uw leverancier? Is uw boekhouding onduidelijk? Ontvangt u een email van de directeur met het verzoek om direct een groot bedrag over te maken? Dan kan er sprake zijn van fraude (door uw eigen medewerkers) of oplichting (door externe criminelen).

Wees waakzaam, controleer – en meld verdachte situaties. Zelfs als ze lijken voor te komen uit onkunde of onhandigheid. Er zijn genoeg goede redenen om alert te zijn:

• Bestuursleden zijn persoonlijk aansprakelijk als ze onvoldoende optreden tegen financieel wanbeheer
• Gaat het om geld dat bijeen is gebracht door leden, donateurs, sponsors en vrijwilligers? Zij  hebben recht op zorgvuldig beheer
• Van kerkbeheerders wordt een hoge mate van integriteit verwacht. Fraude kan ernstige imagoschade opleveren. Met goede crisiscommunicatie kunt u dit beperken
• Het maatschappelijk belang kan erdoor in gevaar komen; bijvoorbeeld als er minder middelen beschikbaar zijn voor het behoud van uw monumentale kerkgebouw